matilda: het verhaal!

1.Mathilda, het wonderkind dat naar school wil
Kelly en Zoon zitten in de zetel voor tv. Mathilda zit in haar hoekje een boek te verslinden. Daarna volgt een freeze.
M komt tot leven en vertelt:

Dag beste kinderen, ik ben Mathilda.
Ik ben zes en een half jaar oud.
Ik woon samen met mijn mama Kelly en mijn papa Eddy (en met mijn broer) in dit huis. Ik vind ze een beetje raar want ze zijn helemaal anders dan ik.
Want beste kindjes, ik ben een beetje ongewoon, denk ik.
Ik lees heel graag. En veel. Ik heb alle kinderboeken van de bibliotheek gelezen.
Maar weet je wat ik het liefst van al zou willen? Ik zou naar school willen gaan, maar ik mag niet. En dat vind ik heel jammer.
Mijn broer gaat wel naar school.
Mijn papa gaat gaan werken en mijn mama gaat iedere dag Bingo spelen.
Ik blijf dan iedere dag van 8 uur tot 17 uur alleen thuis. Dan maak ik eten voor mezelf klaar en lees ik veel boeken. Ik ga ze halen in de bibliotheek hier een paar straten verder.
Nu wachten we op papa, hij kan elk moment thuis komen. Dan gaan we samen eten, alleja eten… het is geen 4-gangenmenu, hoor… het zijn van die kant- en klare maaltijden die je gewoon in de microgolf moet steken.

M. kruipt terug in haar hoekje en begint te lezen. De anderen komen ook tot leven
K. begint vals te lachen en we horen het geluid van een belspel.
(je hoort een stem vertellen dat ze een dier zoeken met de letters fant - oli, Mathilda zegt van achter haar boek “olifant.” K en Z zuchten omdat ze het verklapt heeft)

E komt thuis.
Met zeer veel show stapt hij de woonkamer binnen en vertelt dat hij weer gigantisch veel verdiend heeft. (Hij spreekt K aan met Honnepon)
Hij beveelt Z om pen en papier te nemen en de winst van vandaag uit te rekenen.
E leest de aan- en verkoopcijfers van een blaadje af. Z schrijft ze op en begint te rekenen. Voordat Z kan antwoorden, zegt M het antwoord.
E wordt boos en beschuldigt M. ervan dat ze gespiekt heeft. M ontkent dat. (ze kan de steun van de kinderen gebruiken)
E zegt: “Ik ben groot, jij bent klein, ik ben slim, jij bent dom en daar kan je niets aan doen, want ik heb altijd gelijk, oen.”
Mathilda zucht diep en leest verder in haar hoekje.
E gaat bij K en Z zitten tv-kijken.

Freeze:
M. wandelt naar voor.
Beste kindjes ik wil dolgraag naar school. Maar me ouders willen niet dat ik ga. Maar ik zal het nog eens heel lief vragen.

Met haar boek in de hand, vraagt ze aan haar ouders of ze naar school. Ze zegt hen dat ze al zes en een half. Haar ouders geloven het niet en zeggen dat ze pas vier is en dat ze thuis moet blijven
Ze wordt wat boos en roept tegen hen. De andere familieleden beginnen ook te roepen en het ontaardt in een groot conflict. E springt recht, trekt het boek uit M’s handen en verscheurt het. M gilt dat het van de bibliotheek is en wenend loopt ze van het podium.

De anderen gaan ook van het podium.


2. De eerste straf
Eddy en Kelly liggen luid snurkend te slapen in hun bed.

M komt in pyjama van onder het podium en klimt erop. Ze vertelt aan de kinderen wat er gisteren gebeurd is. Ze is nog altijd heel erg boos dat ze nog altijd niet naar school mag en dat haar ouders denken dat ze vier jaar is. Dus heeft ze besloten om haar ouders te straffen. Ze vraagt of iedereen muisstil wil zijn.
M. sluipt naar de badkamer.
Voor de ogen van de kinderen wisselt ze de haargel van de papa met het blonderingsmiddel van de mama. (ze vertelt ook aan het publiek wat ze doet)
Als ze klaar is, gaat de wekker van papa af.
M. verstopt zich.

E rekt zich uit en zegt dat hij er weer heel goed moet uitzien, want de mensen kopen niet enkel zijn auto’s maar ook hem. Ze hebben liever een knappe verkoper dan een voddenmarchant. Daarom ziet hij er altijd zo goed uit.
E trekt zijn pyjama uit en doen zijn kleren aan. Daarna doet hij zeer veel van de olie in zijn haar en masseert het er in.

Ondertussen sluipt M weg naar de voorkant van het podium om er weer onder te kruipen. Wanneer ze langs haar moeder in het bed passeert, schiet K recht.
M en de kinderen schrikken.

Maar K draagt zo’n slaapmasker met ogen op. M kruipt snel onder het podium en dan zet K het maskertje af. Ze doet haar kamerjas aan en verlaat het podium.

E is ondertussen ook al weg. (hij verwisselt ondertussen zwarte pruik met blonde pruik)

Z zit cornflakes te eten. M komt de keuken binnen en neemt ook haar ontbijt. Ook K komt binnen en zet het ontbijt voor E en zichzelf klaar. (met haar rug naar de kant waar Eddy op zal komen)
E komt al fluitend op het podium. Wanneer Z zijn vader ziet, valt zijn mond open van verbazing. M probeert haar lach in te houden.
Als K zich omdraait, schrikt zich een ongeluk en laat de plateau met eten vallen. Ze begint jammerend te roepen tegen haar man: “Eddy hoe kon je dat doen, denk je nu echt dat je er zo beter uitziet.”
E begrijpt niet waar ze het over heeft en waarom iedereen zo naar hem kijkt. Hij richt zich tot het publiek en vraagt hen of er iets veranderd is?
Hij kijkt uiteindelijk in de spiegel en verschiet zich een bult. Hij roept, krijst en tiert.
K zegt dat hij echt dom geweest is om van potje te missen en dat hij het zelf maar moet oplossen, want ze moet dringend naar de bingo. Ze verlaat het podium.

E vloekt nog eens en zegt dan dat zijn Z mee moet naar zijn werk. (de autogarage)
M vraagt haar vader nog eens of ze naar school mag. Het antwoord is dat kleine meisjes niet naar school mogen en dat ze de rotzooi in de keuken moet opruimen.
E en Z verlaten het podium.
M ruimt de boel op en zegt dan verdrietig tegen de kinderen dat ze nog wat gaat lezen. Haar boeken zijn haar enige troost.


3. De tweede straf + kadaboem
Het gezin zit aan tafel te eten.
M vraagt nog eens aan haar vader of ze naar school mag en opnieuw is het antwoord neen. Hij zegt dat je op school toch niets leert. In plaats daarvan moet ze van haar vader met hem en haar broer mee naar de autogarage.
Haar vader staat op en vraagt aan zijn Honnepon waar zijn hoed is. K geeft hem zijn hoed.
Ze gaan dan via de deur in het podium. Ze komen langs de zijkant weer op. Ze wandelen door het publiek naar achter in de zaal, waar de garage is.
Tijdens het wandelen, geeft E tips hoe je met auto sjoemelt.
• Verlies geen tijd en geld door de bumpers aan de auto te lassen, maar lijm ze er gewoon aan.
• Doe zaagsel in de oliepot, dat bespaart je heel wat olie
• Draai met een boor de toerenteller terug

Als ze er zijn, doet E zijn hoed af en legt hem op de plank naast de pot lijm. M gaat tegen haar vaders gesjoemel in. Ze zegt hem dat hij niet aan die auto’s mag prutsen, dat dat gevaarlijk is en dat hij mensen niet mag bedriegen.
E wordt weer boos en zegt: Ik ben groot en jij bent klein. Ik ben slim en jij bent dom
Met eerlijk te zijn verdien ik niet mijn boterham. Dus hou je kop.
M begint weer boos te worden.

Plots rinkelt de telefoon. We horen dat het K is. Ze heeft de dubbele Bingo gewonnen en ze heeft overheerlijke maaltijd gekocht voor deze middag. Ze vraagt hen om onmiddellijk naar huis te gaan.
E is enthousiast, praat over wat voor overheerlijke maaltijd er op tafel zal staan. Terwijl zien we dat M eerst veel lijm aan de binnenkant van de hoed smeert en hem dan aan haar vader geeft. E zet de hoed op.
Ze wandelen terug naar huis – door het publiek – en gaan eerst weer langs de zijkant het podium op, langs de deur.
K is al thuis.
(Eddy heeft tijd om zijn pruik te wisselen)

Het gezin komt binnen. K roept dolenthousiast dat ze de dubbele bingo gewonnen heeft. E vraagt zijn honnepon hoeveel ze dan gewonnen heeft. Maar K repliceert: “Dat is voor jou een raden en voor mij een weten. En doe nu maar eerst je hoed af. Het is ongepast om binnen een hoed te dragen.”
E probeert zijn hoed af te doen maar dit lukt niet. Hoe harder hij trekt, hoe minder beweging erin komt. Hij vraagt zijn zoon om te helpen, maar ook met die extra hulp lukt het niet. K wil zich ermee moeien, maar het werkt ook niet.
Eventueel kunnen er moni’s meehelpen. Uiteindelijk scheurt de hoed los. Iedereen valt op de grond. E vraagt bezorgt hoe zijn haar eruit ziet. Hij toont het aan iedereen, en die beginnen allemaal spontaan te lachen. Hij vraagt weer om de spiegel van K .
M heeft dit spektakel glimlachend bekeken.

E is gigantisch boos omdat hij voor schut is gezet. Hij ploft in de zetel en eist met woede in zijn stem dat iedereen in het huis dat ook doet. Hij wil dat iedereen in huis doet wat hij zegt en dat iedereen naar de televisie kijkt.
K en Z gaan bij hem zitten in de zetel en kijken tv. Maar M. neemt een boek mee in de zetel en begint te lezen.

E merkt dat zijn dochter niet doet wat hij zegt en kwaad roept hij naar haar: “Hoor jij bij het gezin? Als dat zo is en als je hier nog eten wilt krijgen en hier wil slapen, dan moet jij tv kijken!”
Omdat M niet beweegt, wordt hij nog kwader. Hij staat recht, smijt haar boek weg en sleurt haar overeind. Hij neemt haar hoofd vast en verplicht haar tv te kijken.
Hij roept tegen de zoon (of kelly wanneer de zoon niet meespeelt) dat hij de TV moet luider zetten. (hij steekt de rookbom aan en gaat snel weer zitten) We zien M heel kwaad worden, ze wijst met haar vinger naar de televisie… en dan ontploft de tv en er komt rook uit.
Doordat hij zo geschrokken is, laat E M los. Ze loopt onmiddellijk weg.
K is hysterisch, staat recht in de zetel, maakt een hele scène en loopt dan weg.
Z roept ook, kruipt bang achter de zetel en gaat dan samen met zijn vader van het podium.


4.Eindelijk naar school
Eddy komt langs het toneel de zaal in. Hij prijst zijn wagens aan en probeert de kinderen te overtuigen om auto’s van hem te kopen. Dan gaat hij naar zijn bureau en pruts daar wat.
Dan komt mevrouw Bulstronk op het toneel. Ze marcheert door de zaal, recht naar de garage van Eddy Wurmhout. Ze loopt iedereen die in de wegstaat omver. Ze is op zoek naar een auto, een die zo stevig is als haar zelf en die dezelfde klasse uitstraalt. Kortom een auto die bij haar past.
E prijst haar een roestbak aan, slijmt, vertelt haar wat voor fantastische wagen het is en geeft haar complimentjes. Uiteraard smeert hij haar de auto aan voor een veel te hoge prijs. Wanneer B tegen de prijs in wil gaan, doet hij er een klein beetje vanaf, maar vertelt hij haar wat voor een uniek aanbod het wel niet is en dat ze die buitenkans niet kan laten liggen.
B koopt de auto. Als de verkoop geregeld is, zegt hij nog wat formaliteiten zoals “Het was fijn zaken met u doen, Mevrouw…”
Ze vult aan: “Mevrouw Bulstronk. Ik ben de directrice van Sint Mormel instituut. Ik regeer er met ijzeren hand, want die dwergen moet je discipline bijbrengen. Ze moeten in de pas leren lopen, lijkt me.”
E antwoordt daarop: “Inderdaad, mevrouw Bulstronk. Zo hoor ik het graag. Zo moet het zijn! Is er toevallig nog plaatsje vrij op die school? Ik heb thuis zo’n mormel rondlopen waar ik niets mee kan aanvangen. Kan ik die toevallig niet nog inschrijven op uw school?
B bevestigt dat er nog plaats is op haar school. Ze zegt dat ze er genoegen in zal scheppen om het mormel discipline bij te brengen. Daarna neemt ze afscheid en verdwijnt.

E is tevreden dat hij de roestbak verkocht heeft en dat hij eindelijk zijn dochter ergens kan dumpen. Hij wandelt fluitend naar huis. (terug naast het podium)

Ondertussen komt Kelly op het podium. Ze houdt zich bezig met wat typische dingen zoals: haar haar goed leggen, wat bijschminken, tegen haar spiegelbeeld zeggen hoe geweldig ze er nu weer uitziet, teennagels lakken,…
Dan komt haar man thuis.

Hij gaat naast zijn vrouw in de zetel zitten. E vertelt (met veelvuldig gebruik van het woord “honnepon”) dat hij dé manier gevonden heeft om op zijn minst zes uur per dag van dat rotkind verlost te zijn.
K is wel enthousiast, maar ook wat teleurgesteld dat het maar een 6-tal uur is. Ze vraagt wat haar man in gedachten heeft. E antwoordt dat hij van plan is M naar de school van mevrouw Bulstronk te sturen. Dat die vrouw tenminste weet wat discipline is en dat M er veel van zal leren.

E roept M. Ze komt op het podium en haar vader vertelt dat ze naar school mag.
Ze is enorm blij en vliegt haar vader om de hals. E weet niet hoe hij op haar enthousiasme moet reageren en duwt haar weg. Samen met zijn vrouw verlaat hij het podium.

M. praat nog wat met het publiek over hoe geweldig ze het vindt dat ze naar school mag en ze vraagt ook aan enkele kinderen of zij graag naar school gaan. Daarna gaat ook zij van het toneel.

5. De eerste schooldag
Alle leerlingen komen binnen in de klas. Daarna komt ook juf Engel op. M komt als laatste binnen. J vertelt de klas dat er een nieuwe leerlinge is. Ze vraagt of iedereen lief wil zijn tegen haar, want een eerste schooldag is altijd een beetje akelig. J vraagt aan M of ze zich wil voorstellen aan de klas. M vertelt wat over zichzelf, haar familie en dat lezen haar hobby is. J vraagt haar wat ze allemaal gelezen heeft en ze schrikt als ze het lijstje hoort.
Nadat ze kort wat over boeken gepraat hebben, zegt J dat ze wat rekensommen gaan oefenen.
Ze beginnen met de tafel van twee.
Alle kinderen dreunen de tafel van twee op. Ook de moni’s en de andere gasten mogen meedoen.
J zegt een rekensom en dan duidt ze een leerling aan die moet antwoorden
(simpele sommen zoals: 1+1, 5-3,… J duidt ook kinderen uit het publiek aan)
Dan zegt ze als grapje een zeer moeilijke rekensom. Bijvoorbeeld 456x13
Niemand weet uiteraard het antwoord, maar M steekt haar vinger op en geeft het juiste antwoord. (5928)
J is compleet verbaasd, neemt een rekenmachine en rekent het uit. Het klopt.

Dan vliegt de deur open en de Bulstronk komt binnen. Ze marcheert door de zaal en voert haar show op. Ze blaft dat er discipline moet zijn, eist stilte, vloekt, scheldt en gaat voor niemand aan de kant.
Ze stormt naar de tafel, waar er voor haar een kan met water is voorzien. Ze schenkt een glas uit en drinkt het in één teug leeg.
Plots stopt ze en kijkt indringend naar een meisje met vlechten.
B: “Wat zijn dat?” (Ze wijst naar de vlechten)
V: “Mijn vlechtjes, mevrouw Bulstronk.”
B: “Ah je vlechtjes… Had ik je niet gezegd dat je die moest afknippen?”
V:”Ja, mevrouw Bulstronk.”
B: “Waarom heb je dat niet gedaan, mormel?”
V: “Mijn mama zegt dat ze mooi zijn, mevrouw Bulstronk.”
B: “Je mama heeft hier niets te zeggen en je mama weet niet wat mooi is. Ik ben hier de baas en niet je mama!”
V: “Maar…”
B: “Wat? Zei jij MAAR tegen mij??”
Woedend neemt B het meisje vast en gooit het uit het raam.
(er zullen daar matrassen liggen)
B marcheert de klas uit en buldert iets als “opgeruimd staat netjes”.
Juffrouw engel loopt geschrokken naar het raam en vraagt of het meisje gewond is. V antwoordt dat het wel gaat.
Het meisje loopt naar de deur van de toneelzaal en gaat langs daar naar binnen. Ze is draaierig, er hangt gras in haar haar en aarde op haar gezicht. Ze zegt dat ze voorbij het basketbalveld geland is, maar zich wel draaierig voelt. Iedereen begint te juichen. Juf Engel zegt dat iedereen mag gaan spelen en dat zij het meisje gaat verzorgen.


6. De cake
Alle leerlingen zitten in de zaal. Mathilda zit vooraan. Ze staat als enige recht. (Andere leerlingen freeze) Ze vertelt aan alle kinderen wat er gisteren is gebeurd. Dat het meisje met de vlechten door het raam gegooid werd, maar dat ze gelukkig niet gewond geraakt is. Daarna vertelt M dat iedereen naar hier moest komen, maar dat niemand weet wat er gaat gebeuren. M gaat weer zitten.

Dan komt mevrouw Bulstronk op het podium. Ze ziet er even gevaarlijk en militair uit als anders. Ze slaat zeer veel met haar zweepje in haar hand. En dan roept ze: “Bram Bokkepoot. Naar voor.” Iedereen houdt zich stil, kijkt rond zich op zoek naar Bram Bokkepoot. Maar niemand staat recht.
Opnieuw buldert B: “Bram Bokkepoot. Naar voor. NU.”
Bram Bokkepoot staat langzaam recht en loopt naar het podium. Iedereen is muisstil en kijkt hem vol medelijden aan.

B vraagt hem of hij enig idee heeft waarom hij naar voor geroepen is. Hij zegt dat hij van niets weet, dat hij niets verkeerd gedaan heeft. Daarop antwoordt B hem woedend dat hij een vieze gemene dief is. Bram zegt dat hij niet snapt wat ze bedoelt. Ze vertelt dat de kokkin een heerlijk stuk chocoladetaart had gemaakt voor haar, maar dat Bram zo dom was geweest om dat stuk te stelen en op te eten. Bram knikt en zegt daarop dat het best wel lekker was, maar dat zijn moeder toch betere chocoladetaart kan maken.
B brult dat hij gestraft zal worden voor zijn misdaad en voor zijn gulzigheid. Ze roept haar kokkin (Kokkie) en die brengt een klein stukje taart. B dwingt Bram om het op te eten. Hij begint glimlachend te eten. Als het op is, boert hij luid en zegt hij dat het lekker was.

B grijnst en zegt dat dat nog maar het begin was. Kokkie komt opnieuw binnen en heeft deze keer een gigantische taart mee. B beveelt Bram om hem helemaal op te eten. Of hij nu wil of niet, of hij het lekker vindt of niet.
Bram begint te eten. Hij propt de stukken taart in zijn mond en eet allesbehalve proper. De brokjes chocolade hangen overal: aan zijn wangen, kleren, aan zijn handen, in zijn haar, op de tafel,… Maar hoe meer taart Bram eet, hoe moeizamer het wordt. Hij kan echt niet meer, maar B schreeuwt dat hij moet blijven eten. Dat hij maar niet zo gulzig en misdadig had moeten zijn.

Iedereen ziet dat Bram uitgeput is en bijna moet kotsen. M springt recht en begint hem aan te moedigen. Ook de andere leerlingen springen recht en beginnen te roepen. Heel de zaal (moni’s en gasten) moedigen Bram aan.
B roept stilte maar voor deze ene keer krijgt ze niemand stil.

Door de aanmoedigingen slaagt Bram er in de taart op te eten. Hij staat op, likt de schaal af en houdt hem boven zijn hoofd.
Bulstronk is zo boos dat het hem gelukt is. Ze neemt de schaal en slaat hem stuk op het hoofd van Bram.
Stampend van woede gaat B van het podium.

Mathilda en de andere leerlingen juichen. Ze springen op het podium en helpen Bram er af.


7.Salamander + eerste keer de krachten
Lavendel en Mathilda komen op. Ze vertellen wat er gisteren allemaal gebeurd is.
Ze zeggen tegen het publiek dat mevrouw Bulstronk terug les komt geven aan hun klas. En als dat gebeurt, moet er altijd een kan en een glas water op haar bureau staan. Als het niet zo is wordt heel de klas zwaar gestraft. L en M vertellen dat ze B helemaal niet leuk vinden, maar dat ze een plan hebben om haar te pesten. Ze hebben iets mee waar B zeker bang van zal zijn.

(vraag aan de kinderen “vindt iemand Mevrouw Bulstronk leuk?
Willen jullie haar ook weg?”)

L en M gaan de klas binnen en halen de salamander uit het potje. Ze tonen hem eerst aan het publiek en steken het dier daarna in het glas water voor Bulstronk. Daarna gaan ze vlug op hun plaats zitten.

Net wanneer ze neerzitten, staat B vanachter in de zaal. Ze marcheert door het publiek. Ze botst expres tegen kinderen, vloekt en scheldt.

Ze marcheert tot vooraan in klas en brult meteen om stilte. Ze eist dreigend dat iedereen recht gaat staan uit respect voor haar. (M en klasgenootjes staan recht, eventueel ook het publiek) Dan buldert ze dat iedereen mag zitten. Ze begint met haar les.
Ze vraagt Lavendel om het woord “dwergen” te spellen. L antwoordt. Daarna duidt ze iemand anders aan die “mormels” moet spellen. Plots draait ze zich om en wijst naar M. Ze beschuldigt haar dat ze zat te praten. M stamelt dat het zo niet is. (M was ook echt niet aan het praten) B beschuldigt haar opnieuw, zegt dat M waardeloos is, dat haar eigen familie haar haat,… Maar dat zij, Mevrouw Bulstronk, er wel voor zal zorgen dat ze wat discipline bijgebracht wordt. Dan vraagt ze M om het woord “discipline” te spellen. M doet dat correct. B is echter woedend en zegt haar dat ze een betweter is, een bedriegster,…

M is boos omdat ze valselijk beschuldigd wordt en allerlei verwijten naar haar hoofd krijgt. B gaat naar haar bureau en wil het glas nemen.
We zien dat M met haar vinger naar het glas wijst en het kantelt. B is nat en de salamander die in het glas zat, valt op de buik van B. B is bang van het beestje en doet een gek dansje. Ze schreeuwt: “Haal dat slijmerig ding van me af! Help!” Ze pakt de salamander en gooit hem in de zaal.

B wordt gigantisch boos en beschuldigt M opnieuw. J verdedigt M door te zeggen dat ze onmogelijk van op haar plaats het glas omgestoten kan hebben. B snapt dat ze haar beschuldigingen niet kan hard maken en marcheert woedend de klas uit.

J stuurt alle kinderen naar de speelplaats zodat ze rustig de klas kan opruimen. M blijft in de klas. Ze vertelt haar juf dat het wel haar schuld was, dat zij het glas heeft doen kantelen. J gelooft haar niet. M vertelt dat ze denkt dat ze geheimzinnige krachten heeft. Ze vertelt dat als ze heel erg boos is en met haar vinger naar iets wijst, dat er dan vreemde dingen gebeuren. Ze vertelt over de televisie die ze laten ontploffen heeft en dat ze nu ook het glas laten kantelen heeft.
Ze bewijst dat ze krachten heeft door naar het glas op tafel te wijzen. Het verschuift. J gelooft M. Ze zegt dat M voorzichtig moet zijn met haar krachten. Maar dat ze ze wel moet oefenen, want hoe beter ze er mee om kan gaan hoe beter ze ze later kan gebruiken. M zegt dat ze veel zal oefenen en dat ze later nog zal gebruiken om Bulstronk buiten te pesten. J zegt dat ze bang is van Bulstronk omdat ze ook vaak gepest werd door haar. M vraagt J om haar te helpen om Bulstronk weg te krijgen van school.


4.8. Ik kan toveren
Juffrouw Engel komt bij de familie Wurmhout langs. Ze wil Mathilda’s ouder vertellen dat ze een opmerkelijke dochter hebben, met veel talenten. Ze vindt dat M gigantisch slim is en dat ze met wat bijlessen direct naar de universiteit kan. Mathilda’s ouders snappen niet wat de J komt doen. Ze zien ook helemaal niet in dat hun dochter superslim is. J dringt aan. E reageert dat je op school helemaal niets leert, dat zijn dochter dom en ongehoorzaam is en dat J het moet aftrappen. Dan draait hij zich om en loopt het toneel af.
J probeert Mathilda’s moeder nog te overtuigen. Ze vertelt over alle boeken die M gelezen heeft en hoe trots ze mag zijn op haar bijzondere dochter. K reageert dat je in het echte leven helemaal niets bent met boeken en intelligentie. Dat je alleen succesvol kunt zijn als je mooi bent.
J zegt dat ze K helemaal niet begrijpt. K repliceert: “Wel, het is simpel. Trek je ogen open en zie het in. Jij koos voor boeken, ik voor schoonheid.”
J staat versteld van de domheid van Mathilda’s ouders. K duwt haar buiten en gaat zelf ook van het podium.

M komt op. Ze vraagt eerst aan het publiek of ze haar ouders weg zijn. Als ze zeker is dat ze alleen is, zegt ze dat ze haar krachten wil oefenen. Het is namelijk heel belangrijk dat ze haar krachten onder controle heeft, want anders zal ze er nooit in slagen om Bulstronk weg te pesten.
M begint te oefenen. Ze wijst op voorwerpen en die beginnen te zweven, andere voorwerpen beginnen te draaien.
Na een tijdje wordt ze moe. Ze vertelt het publiek dat ze tevreden is dat ze haar krachten onder controle heeft. Dan gaat ze van scène.


9.Weg met Bulstronk
De finale
Terug in de klas
Adoptie
(eerlijkheidshalve waren de ideeën van werkgroep thema Westmalle hier een beetje te ambitieus... en ze moeten de laatste dag nog herschrijven... ideeën zijn altijd welkom... pm naar benX)